Woordmerk Gemeenteraad Deventer

Dit vinden de politieke partijen...(dorpen)

Wat vinden de politieke partijen in Deventer van kwesties die ons allemaal raken? In aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen van maart 2026 leggen we hen elke maand een prikkelende stelling voor. Deze keer gaat het over de leefbaarheid in onze dorpen.

Hoe zorgen we ervoor dat dorpsbewoners zich gehoord voelen, toegang hebben tot voorzieningen en kunnen blijven wonen in hun eigen omgeving? Drie politieke partijen reageren op de volgende stelling

‘De gemeente Deventer moet voorzieningen zoals basisscholen, buurthuizen en sportaccomodaties in de dorpen ophouden, ook als het aantal gebruikers daalt.’

Gemeentebelang - Erik Smeenk

Foto Erik Smeenk

"Het openhouden van faciliteiten in dorpen is eens in de zoveel jaren onderwerp van discussie, wanneer de geboortecijfers en inwonersaantallen teruglopen. Maar inwonersaantallen en geboortecijfers in dorpen zitten altijd in een golfbeweging. Het ene moment daalt het, het andere moment groeit het weer. Daarom is het ook heel belangrijk dat je als gemeente geen overhaaste beslissingen neemt en faciliteiten sluit in jaren van daling. Wanneer je bij een daling faciliteiten sluit dan komt de opwaartse beweging niet meer terug. Dat betekent een onnodige doodsteek voor dorpen. Je kunt als gemeente op verschillende manieren de faciliteiten in dorpen ondersteunen. Of het nu gaat om sportverenigingen, buurtcentra of scholen. Zo kun je bijvoorbeeld financiële regelingen treffen, zoals het tijdelijk verlagen van huur voor buurthuizen. Of door mensen met elkaar in contact te brengen, zoals de wethouder die probeerde met verschillende schoolbesturen de school in Okkenbroek te redden, wat helaas niet is gelukt. Maar ook door bewonersinitiatieven te ondersteunen. Hierdoor kon bijvoorbeeld de Looschool in Bathmen open blijven, waar inmiddels alweer bijna 60 leerlingen op zitten. Zo zie je maar: met gedegen plannen, betrokken inwoners en een faciliterende gemeente kun je de leefbaarheid in dorpen behouden. Ook als de tijden even tegen zitten."

CDA Deventer - Teuni Scholthof

Foto Teuni Scholthof

"Wij zijn het volledig eens met deze stelling. De gemeente moet de sociale cohesie ondersteunen, juist als die onder druk komt te staan. Elke dorp kent dips in inwonersaantal en het gebruik van faciliteiten. Wanneer voorzieningen als scholen, sportverenigingen of buurthuizen op dat moment sluiten, kan een dorp met kansen snel veranderen in een spookdorp. We zien al hoe goed het werkt. De nieuwe sporthal in Bathmen geeft straks een enorme impuls aan de levendigheid van het dorp, wat weer bijdraagt aan een sterker verenigingsleven en grotere aantrekkingskracht op nieuwe inwoners. Ook zien we dat de Looschool weer opleefde  nadat deze – vooral dankzij ouders – werd gered van sluiting. Het is zonde dat het openhouden van de school in Okkenbroek, ondanks vele pogingen, niet is gelukt. De gemeente is dus niet bij machte om alles open te houden, maar kan wel een belangrijke rol spelen. Zeker voor faciliteiten als buurt- en gemeenschapshuizen en sportverenigingen. Of het nu gaat om het ondersteunen van lokale initiatieven, het leggen van contacten of financiële ondersteuning. Onze dorpen moet je koesteren: je kan er landelijk wonen, gemeenschappen zijn vaak hecht en vrijwilligers laten het verenigingsleven bruisen. Laten we die mooie dorpen vitaal houden.” 

DeventerNu - Eric van de Nieuwenhof

Foto Eric van den Nieuwenhof

"We hebben in Deventer een mooie gemeente waarvan de verschillende dorpen een belangrijk onderdeel zijn. Ze bieden een eigen cultuur, een eigengemeenschap en een eigen woonervaring, waar altijd mensen behoefte aan zullen hebben. Daarom is het belangrijk dat we hier als gemeente in blijven investeren. Dat betekent ook dat we goed moeten kijken naar het belang van voorzieningen, wanneer geboorte- en inwonersaantallen teruglopen. Zijn de voorzieningen belangrijk voor de vitaliteit van het dorp? Dan moeten we kunnen afwijken van normen om deze voorzieningen in stand te houden. Sterker nog, dat is onze verantwoordelijkheid. Wij moeten namelijk onze hele gemeente aantrekkelijk houden. We kunnen als gemeente niet alles oplossen, want we hebben niet overal invloed op. Zo konden we de school in Okkenbroek helaas niet redden van sluiting, omdat alleen een schoolbestuur hierover beslist. Maar we kunnen ook veel dingen wél: we kunnen onssamen hardmaken voor de komst van nieuwe voorzieningen in dorpen, zoals een treinstation in Bathmen. We kunnen waar mogelijk financieel bijspringen. En misschien wel het belangrijkste: we kunnen in gesprek blijven met inwoners en luisteren naar hun behoeften. Daardoor kunnen we faciliteren, verbinden en samen met bewoners werken aan de vitaliteit van hun dorp.”